“ER IS VANDAAG DE DAG GEEN TIJD VOOR ONVERSCHILLIGHEID. WE KUNNEN ONZE HANDEN NIET WASSEN MET AFSTAND, MET ONACHTZAAMHEID, MET DESINTERESSE. DIT IS DE ECHTE UITDAGING VAN ONZE EEUW.”
Boodschap van paus Franciscus tijdens de conferentie van de verenigde naties over klimaatverandering (COP29) in Bakoe, uitgesproken door de kardinaal secretaris van buitenlandse zaken, Pietro Parolin.
Vertaling door Alice Snijders
_________________________
Meneer de President, Geachte staatshoofden en regeringsleiders, Dames en heren,
Namens paus Franciscus breng ik u allen hartelijke groeten over en wil u verzekeren van zijn nabijheid, steun en aanmoediging, zodat COP29 erin slaagt te laten zien dat er een internationale gemeenschap is die bereid is verder te kijken dan particularismen. En die het welzijn van de mensheid en ons gemeenschappelijk huis, dat God aan onze zorg en verantwoordelijkheid heeft toevertrouwd, centraal te stellen.
De wetenschappelijke gegevens waarover we beschikken, laten geen verdere vertraging toe en maken duidelijk dat het behoud van de schepping een van de meest urgente kwesties van onze tijd is. We moeten ook erkennen dat het nauw verbonden is met het behoud van de vrede.
COP29 speelt zich af in een context die wordt bepaald door een groeiende desillusie met multilaterale instellingen en gevaarlijke neigingen om muren te bouwen. Egoïsme – individueel, nationaal en van machtsgroepen – voedt een klimaat van wantrouwen en verdeeldheid dat niet beantwoordt aan de behoeften van een onderling afhankelijke wereld waarin we zouden moeten handelen en leven als leden van één familie die hetzelfde onderling verbonden mondiale dorp bewonen [1]. «Naarmate de samenleving steeds globaler wordt, maakt het ons buren, maar geen broeders» [2]. Economische ontwikkeling heeft de ongelijkheid niet verminderd. Integendeel, het heeft de prioriteit van winst en speciale belangen bevoordeeld ten koste van de bescherming van de zwaksten, en heeft bijgedragen aan de progressieve verergering van milieuproblemen.
Om de trend te keren en een cultuur van respect voor het leven en de waardigheid van de menselijke persoon te creëren, is het noodzakelijk om te begrijpen dat de schadelijke gevolgen van levensstijlen iedereen treffen en om samen de toekomst vorm te geven, «om ervoor te zorgen dat oplossingen worden voorgesteld vanuit een mondiaal perspectief, en niet alleen om de belangen van een paar landen te verdedigen» [3].
Moge het principe van “gemeenschappelijke maar gedifferentieerde verantwoordelijkheden en respectieve capaciteiten” [4] het werk van deze weken leiden en inspireren. Laat historische en huidige verantwoordelijkheden concrete en toekomstgerichte verbintenissen voor de toekomst worden, zodat een nieuw collectief gekwantificeerd doel voor klimaatfinanciering, een van de meest urgente van deze conferentie, uit deze werkweken kan voortkomen.
Er moeten inspanningen worden geleverd om oplossingen te vinden die de ontwikkeling en het aanpassingsvermogen van veel landen die al gebukt gaan onder een verlammende economische schuld, niet verder ondermijnen. Bij het bespreken van klimaatfinanciering is het belangrijk om te onthouden dat ecologische schuld en buitenlandse schuld twee kanten van dezelfde medaille zijn, die de toekomst hypothekeren.
In dit perspectief wil ik een oproep herhalen die paus Franciscus deed met het oog op het jubileumjaar 2025, waarin hij de rijkere landen vroeg «de ernst van zoveel van hun beslissingen uit het verleden te erkennen en vastbesloten te zijn de schulden van landen die deze nooit zullen kunnen terugbetalen, kwijt te schelden. Meer dan een kwestie van vrijgevigheid is dit een kwestie van rechtvaardigheid. Het wordt vandaag de dag nog ernstiger gemaakt door een nieuwe vorm van onrechtvaardigheid die we steeds meer erkennen, namelijk dat er “een echte ‘ecologische schuld’ bestaat, met name tussen het mondiale Noorden en Zuiden, verbonden met commerciële onevenwichtigheden met gevolgen voor het milieu en het onevenredige gebruik van natuurlijke hulpbronnen door bepaalde landen gedurende lange perioden”» [5].
Het is inderdaad essentieel om te zoeken naar een nieuwe internationale financiële architectuur die mensgericht is [6], gedurfd, creatief en gebaseerd op de principes van billijkheid, rechtvaardigheid en solidariteit. Een nieuwe internationale financiële architectuur die werkelijk voor alle landen, met name de armste en de meest kwetsbaren voor klimaatrampen, zowel koolstofarme als koolstofarme ontwikkelingspaden kan garanderen die iedereen in staat stellen zijn volledige potentieel te bereiken en zijn waardigheid gerespecteerd te zien. We hebben de menselijke en technologische middelen om het roer om te gooien en de deugdzame cirkel van een integrale ontwikkeling na te streven die werkelijk humaan en inclusief is [7]. Laten we samenwerken om ervoor te zorgen dat COP29 ook de politieke wil versterkt om deze middelen te richten op dit nobele doel voor het algemeen welzijn van de mensheid vandaag en morgen.
We moeten onze hoop herwinnen in het vermogen van de mensheid dat «er altijd een uitweg is, dat we onze stappen altijd kunnen heroriënteren, dat we altijd iets kunnen doen om onze problemen op te lossen» [8]. Onze «hoop [is] dat de mensheid aan het begin van de 21e eeuw zal worden herinnerd omdat ze genereus haar zware verantwoordelijkheden heeft gedragen» [9].
Ik herhaal de toewijding en steun van de Heilige Stoel in deze onderneming, met name op het gebied van integraal ecologisch onderwijs en in het vergroten van het bewustzijn van het milieu als «een menselijk en sociaal probleem op allerlei niveaus» [10], wat bovenal een duidelijke inzet vereist, waarin de verantwoordelijkheid, het verwerven van kennis en de deelname van elke persoon fundamenteel zijn.
We kunnen niet “langsgaan en de andere kant opkijken” [11]. Onverschilligheid is een medeplichtige aan onrecht. Ik doe daarom een beroep op het algemeen belang in gedachten te houden en de mechanismen van zelfrechtvaardiging te ontmaskeren die ons zo vaak verlammen: wat kan ik doen? Hoe kan ik bijdragen?
Er is vandaag de dag geen tijd voor onverschilligheid. We kunnen onze handen niet wassen, met afstand, met onachtzaamheid, met desinteresse. Dit is de echte uitdaging van onze eeuw.
Voor een ambitieuze overeenkomst, voor elk initiatief en proces gericht op werkelijk inclusieve ontwikkeling, verzeker ik u van mijn steun en die van de Heilige Vader om een effectieve dienst aan de mensheid te verlenen, zodat we allemaal verantwoordelijkheid kunnen nemen voor het veiligstellen van niet alleen onze eigen toekomst, maar die van iedereen.
Dank u wel.
[Bakoe, Azerbeidzjan, 11-22 november 2024]
________________________________________________________
[1] Vgl. Paus Franciscus, Algemene audiëntie, 2 september 2020.
[2] Benedictus XVI, Encycliek Caritas in veritate, 29 juni 2009, nr. 19.
[3] Paus Franciscus, Encycliek Laudato si’, 24 mei 2015, nr. 164.
[4] Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering, art. 3.1 en art. 4.1; Overeenkomst van Parijs, art. 2.2.
[5] Paus Franciscus, Spes non confundit, 9 mei 2024, n.16, citeert de encycliek Laudato si’, 24 mei 2015, n. 51. [6] Vgl. Sint-Paulus VI, Encycliek Populorum progressio, 26 maart 1967, n.14.
[7] Zie. Ibidem.
[8] Paus Franciscus, Encycliek Laudato si’, 24 mei 2015, n. 61. [9] Ibidem, n. 165. [10] Paus Franciscus, Apostolische Exhortatie Laudate Deum, 4 oktober 2023, n. 58. [11] Vgl. Paus Franciscus, Encycliek Fratelli tutti, 3 oktober 2020, n. 75.